Ondanks een lichte groei van de oppervlakte consumptieaardappelen naar 72.100 hectaren (+2%) zal de oogst dit jaar aanzienlijk onder het niveau zitten van vorig jaar, verwacht voorzitter Jaap Haanstra van de vakgroep LTO Akkerbouw.
De cijfers over ontwikkelingen in het akkerbouwareaal werden gisteren gepubliceerd door het centraal Bureau voor de Statistiek (CBS). Dit is gedaan op basis van de eerste uitkomsten van de Landbouwtelling 2010, waarvan ruim 70% is verwerkt. Op kleigrond bleef het aantal hectares met consumptieaardappelen gelijk (49.600 ha). De toename is vooral geconstateerd op zand- en veengrond (22.500 ha, is +7%) met zogenoemde vroege aardappelen, die veelal af-land worden geleverd.
Al moet het overgrote deel van de aardappelen nog worden geoogst, zijn de verwachtingen niet hooggespannen. ,,Na de droogte in het voorjaar is het wel redelijk afwisselend weer geweest, maar de opbrengst per hectare zal naar waarschijnlijk lager liggen dan vorig jaar”, aldus Haansta.
Van vrijwel alle andere akkerbouwgewassen is de teeltoppervlakte in 2010 kleiner dan in het voorgaande jaar. Grootste ‘dalers’ zijn zomergerst of brouwgerst (-30%), zomertarwe (-16%), korrelmaïs (-10%), rogge (-9%) en wintergerst (-9%). Ook het omvangrijke areaal snijmaïs is met 4% teruggelopen.
Het totale akkerbouwareaal is volgens de CBS-cijfers met bijna 5% gedaald tot 947.700 hectaren. Al heeft het CBS daar nu nog geen cijfers over beschikbaar, wordt aangenomen dat de vermindering van akkerbouwareaal is terug te vinden in het areaal grasland en voor een beperkt deel in de groenteteelt in de vollegrond.
Haanstra noemt de lichte groei van het areaal consumptieaardappelen ‘niets bijzonders’.
LTO verwacht lagere aardappelopbrengst van meer hectares
